woensdag 25 april 2012

Tassen


Het kan verkeren in het leven, niet alles loopt zoals je het denkt of wenst. Mijn levenspartner en haar collega’s werden door haar werkgever in de watten gelegd. Afgelopen jaar hebben zij meer dan behoorlijk gepresteerd en dat verdiende een beloning. Moet ook wel in deze barre tijden van weglopende gedogers.


De werkgever had na lange brainstormsessies bedacht dat het pluimpje niet karig mocht over komen, men wilde eens flink in de buidel tasten. Iedereen kreeg dan ook een kaart toegestuurd met daarop de naam van een website en een inlogcode. Op de website kon men, na het aanmelden met die inlogcode, een niet gering cadeau uitkiezen. Zo gezegd, zo gedaan. Na enige tijd werd het aanvankelijke enthousiasme enigszins gesmoord en kon je een kleine zucht horen. Geen ontevredenheid over het gebodene, een gegeven paard kijk men niet in de mond en men had het tenslotte verdiend, nee de hoeveelheid cadeaus was overdonderend. Huis, tuin, wellness, techniek, alle onderwerpen kwamen aan bod en bij ieder onderwerp kon men weer uit een grote hoeveelheid zaken kiezen. ‘Die Qual der Wahl’, zeggen onze Oosterburen dan. Mijn hulp werd ingeroepen en na enige tijd wist ik het ook niet meer, ga je voor het gemeenschappelijke belang of kies je toch iets voor je persoonlijke verrijking. Ik kon niet direct een keuze maken. De zoektocht werd beëindigd zonder een helder besluit. De volgende dag kwam het onderwerp weer ter sprake en om de zaak tot een goed einde te brengen, stelde ik voor een aantal zaken uit te zoeken die ik leuk vond. Als er dan overeenkomst was tussen mijn keuze en haar keuze, was het feit beslecht en gingen we voor die optie. Na een uurtje zoeken, bevatte mijn lijstje 3 keuzes, een messenblok met messen welke je nooit meer hoeft te slijpen, een set bioscoopbonnen en een sessie bij een zilversmid met een ring volgens eigen ontwerp. Er was grote overeenkomst tussen onze lijstjes, een heldere zaak dus. 

De volgende dag bezocht mijn partner toch nog een keer de website. Na enkele minuten volgde er een opgewonden kreetje. “Kijk, die heb ik nog niet eerder gezien, ik wist niet dat je dat ook kon kiezen!” Met enige verbazing keek ik haar aan, een glimlach straalde mij tegemoet, ik wist het, mijn lijstje kon zo in de prullenbak. “En wat is dat dan”, vroeg ik met smeltend optimisme. “Handtassen”, was het antwoord, “ze hebben  handtassen en nog wel van leer ook”. Ik probeerde nog even te wijzen op het grote aantal handtassen, dat in ons huis aanwezig is. Helaas, er was geen speld meer tussen te krijgen, geen twijfel meer mogelijk, het werd een handtas.


Hoe de handtas past in het vrouwelijk bestaan, wordt duidelijk door het onderstaande gedicht. Volgens mij is er een fout in het verhaal, er is namelijk geen vrouw in de West-Europese wereld die maar één handtas heeft, terwijl de tekst doet voorkomen alsof ….


Mijn handtas is mijn grootste vriend,
Mijn levenspartner tot de dood,
Zonder handtas ben ik stijlloos,
Zonder handtas ben ik dood.

Mijn handtas heeft veel meegemaakt,
Door dik en dun zijn wij gegaan,
Regen, sneeuw en hagelbuien,
Voor hete vuren hebben wij gestaan.

Mij handtas is mijn levenspartner,
Wij blijven samen tot haar dood,
Zij en ik is echte liefde,
Tot ik weer een nieuwe koop.

donderdag 5 april 2012

Vlag


Soms zijn er van die momenten dat je door een gebaar, een geluid of een beeld wordt terug geworpen naar oude herinneringen.


Vandaag had ik zo’n moment. Rijdend in de auto, met een flinke kar snoeiafval uit de tuin, was ik pad naar het milieupark. Nauwelijks op weg, passeerde ik een fietser, die op het fietspad met een ietwat slingerende beweging een kleine helling probeerde te meesteren. “Ietjes kleiner schakelen”, dacht ik nog “dat fietst een stuk soepeler en gemakkelijker”. Net op het moment dat ik op gelijke hoogte was, viel mijn oog op een voorwerp achter op zijn bagagedrager, een vrolijk wapperende gele vlag met een op ander zwarte afbeelding, in de flits van het voorbij rijden was dit niet te herkennen. In die ene tel stroomde tientallen momenten van intens geluk door mijn hart. Die vlag, dat wapperende voorwerp had mij menig moment van trost en geluk doen voelen. Ik voelde het zo weer, het gloeide. Ook ik had vroeger menige keer een vlag vervoerd, had een vlag mijn vervoersmiddel tot de status van staatskoets verhoogd. Het maakte daarbij niet uit welk voertuig dit was, de plastic vrachtauto, de tot raceauto omgebouwde kinderwagen, de fruitkist die was omgetoverd tot zeepkist, de met wasknijpers in de wielen knetterende fiets, de slee steevast voorzien van allerlei cowboy attributen en op latere leeftijd zelfs de auto. Voor zover ik me kan herinneren heeft mijn bromfiets nooit een vlag getorst, de Tomos was op zich al voldoende status. Daar hoefde geen vlag op, sterker nog daar mocht geen vlag op. Wel heb ik nog op enkel jaren terug tijdens de afsluitende manifestatie van Vasteloavend met diverse vlaggen aan een 5-meter lange werphengel rondgesjouwd met het verhaal dat vrienden mij dan gemakkelijk in de messenmassa konden vinden. Wisten zij veel, ik ging voor het geluksgevoel.


Ik kan niet precies omschrijven wat het nu voor een gevoel is, het is vreugde, het is blijdschap, waarschijnlijk ook iets van: ‘Kijk mij eens’. Ik zou er zeker geen politieke of nationalistische gevoelens aan koppelen. Ik kan het ook niet helpen dat ik vrolijk word van kleurig wapperende vlaggen op een mooi Hollands strand. Wat het ook is, het gaf me vanmiddag weer even een geluksgevoel, een innig moment van vreugde. Even was ik weer het jongetje, dat in zijn zeepkist zat te kijken naar de oude afgeleefde droogdoek aan een dun stokje, die zat te genieten van zijn vlag.