Boedapest

Afgelopen weekend met de PersoneelsVereniging van de werkgever naar Boedapest geweest. Vooraf mocht ik even kennis maken met het werk, dat nodig is om circa 100 mensen in Boedapest te krijgen en er voor te zorgen dat zo ook allemaal gezond en wel terugkeren. Wat een organisatie vergt dat, dus alle lof voor de meiden, die dit gepresteerd hebben, een vette toevoeging aan hun palmares!

Boedapest, een hoofdstad, met alle kenmerken van een wereldstad. Toch ook weer anders, want het was er voor mijn gevoel heel relaxt en heel schoon. Daarnaast barst het van de bezienswaardigheden en heb je eigenlijk aan 2 dagen te weinig om alles in je op te nemen. Dat is dan ook niet gelukt, we hebben veel gezien, zelfs heel veel gezien. Van de in de boeken beschreven top 12, hebben we er zelfs 10 kunnen bekijken. Mede schuldig aan deze prestatie was de rondleiding met Marianne. Ze wist ons 4 uur lang te boeien met wetenswaardigheden, belevenissen, historisch feiten, maar vooral haar humoristisch cynisme over de bestuurders van háár Hongarije. Dat laatste was overduidelijk, Hongaren zijn trots op hun land, maar beseffen dat hun bestuur vaak onbegrijpelijke en pijnlijke beslissingen neemt. Marianne had het dan ook over bestuurders met een zonnesteek en hoge heren, die nadat ze uit het psychiatrisch ziekenhuis ontslagen waren, de meest vreemde besluiten ten uitvoer brachten. Zo moet nu het oude gebouw van de dansacademie nabij de burcht verdwijnen, want daar komt een nieuw ministerie. Heel vreemd is een dergelijk voorval echter niet, want volgens Marianne moesten de Hongaren in de loop der tijden ongeveer 36 keer een andere overheerser dulden, met elk hun eigen regels, gebruiken en wetten. Overheersers, die het niet zo nauw namen met de gebruiken of gebouwen van de verliezers. Menig gebouw is dan ook diverse keren gesloopt en weer opgebouwd.

Is dit erg? Ja, dat is heel erg, aan de andere kant zijn er ook ‘voordelen’. Toen aan het eind van de 19^e eeuw, begin 20^ste eeuw, veel gebouwen herbouwd werd, was dit toevallig het tijdstip dat Art Nouveau (Jugendstil) goed in de markt lag, het was stade-of-the-art. Daarom vind je nu in Boedapest heel veel van die bouwstijl terug. Er is zelfs een museum, het zogenaamde Museum voor Toepaste Kunst (Iparmüvészeti), waar twee zalen vol staan met Art Nouveau. Op zo’n moment sta je met de neus boven op deze kunstvorm en dat is voor mij puur genieten. 
Moet ik natuurlijk niet vergeten dat er ook een flink aantal nieuwe gebouwen te bewonderen zijn. Daarnaast zijn er vele nieuwe plannen, waarbij -weer volgens Marianne- toch wel een fikse bijdragen van Europa verwacht werd. Zij bedankte ons bij voorbaat hartelijk! 

Alles beschrijven zal mij in dit geval niet lukken, het zou een reisgids worden, daarom de plaatjes.