woensdag 12 december 2012

Achtbaan



Het is toch wat, ben je net gestart met je droom-job als staatssecretaris, moet je na amper een maand al weer afscheid nemen. Gedwongen nog wel, want een zonde uit het verleden blijft je achtervolgen. Nu zou je kunnen zeggen, een zonde, die moet je vergeven en daarna gaan we over tot de orde van de dag. Helaas pindakaas, op het politieke speelveld geldt dit nu even niet. In dit geval, in de landelijke politiek, moest hij de consequenties trekken, zo lang het op een provinciaal politiek niveau speelde, kwam hij er goed mee weg. 

Dat is toch gek, want als politicus weet je toch, dat als je een openbaar ambt aanvaardt, je ook binnen de grenzen van je bestuurlijk gebied moet wonen, waarom ga je dan klunzen met je woonplaats? Sterker nog, waarom ga je dan woon-/werkverkeer declareren vanaf een plek waar je niet woont? Is dat niet regelrecht stelen van je werkgever, stelen van de overheid, stelen van de mensen, welke jou voor dit openbaar ambt gekozen hebben? Is het ook niet vreemd dat je bij je toenmalige werkgever, de provincie, met een of ander smoesje, ontkomt aan je straf? Is die werkgever niet net zo schuldig? Gelooft die echt je verhaal dat je de leuze: ‘Als het gemeen u roept, bezorgt het als uw eigen’, helemaal verkeerd begrepen hebt? “Sorry, ik dacht dat met ‘uw eigen’, mijn eigen portemonnee bedoeld werd. Echt waar!”
En dan ga je eens stapje hogerop in je carrièreachtbaan, je vertelt hoe je in de afgelopen jaren gewerkt hebt, je zegt zonder een blosje op je wangen, zonder een kriebeltje in je grijze massa, dat alles in pais en vree geregeld is en dat je het goed gedaan hebt. Je mag aan de slag. Tot het moment dat er nog een oud declaratieformulier uit de hoge hoed komt, waar jij, je toenmalige baas bij de provincie en je huidige baas allemaal niet (meer) vanaf weten en plotseling hebben we de koeien aan het dansen.

Moeten we nu niet concluderen dat er iets behoorlijk fout zit bij ons? Dat we willens en wetens verkeerde bonnetjes declareren (tja, en …?), dat wij 15-/16-jarigen er op los laten schoppen (een incident …), dat wij 120 km/uur op de autoweg niet snel genoeg vinden (ik ben de beste chauffeur …), dat wij ons heel vaak boven de wet (de wet is er voor die anderen …) en ver boven onze medemens plaatsen (dat andere geloof is van alles de schuld …). Wij hebben de tolerantie al zo ver opgerekt, de grenzen van het toelaatbare al zo ver opgeschoven, dat een overschrijding meteen desastreus is. Moeilijk om dan tolerant en positief te blijven …. aan de andere kant, hebben we een keuze? Nee, die hebben we niet, we moeten er wel iets aan gaan doen en dat wordt hard werken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten